3.1 Stap 1: Inventarisatie potentiële projecten

Regionale doorfietsroutes

Potentiële doorfietsroutes

In het Uitvoeringsprogramma Fiets zijn vijf potentiële doorfietsroutes genoemd. Dit zijn verbindingen waar realisatie van een doorfietsroute wellicht mogelijk is. Twee doorfietsroutes (Groningen – Assen en Groningen – Leek) bevinden zich al in de planvormingsfase en zijn al volledig financieel gedekt.

De andere drie doorfietsroutes (Groningen – Zuidlaren, Groningen – Hoogezand en Groningen – Harkstede) zijn aangemerkt als potentieel project. Daarnaast zijn op de bestaande doorfietsroute Bedum-Groningen twee mogelijke verbeteringen benoemd.

Regionale hoofdfietsroutes

Potentiële hoofdfietsroutes

In het Uitvoeringsprogramma Fiets zijn acht potentiële hoofdfietsroutes genoemd. De realisatie van deze hoofdfietsroutes is aangemerkt als potentieel project (elke hoofdfietsroute is als afzonderlijk project beschouwd).

Regionale basisfietsroutes

Ontbrekende schakels buiten de bebouwde kom

Langs enkele provinciale wegen ontbreekt een fietsvoorziening terwijl deze wel is gewenst vanuit regionaal belang; deze zijn benoemd in het Uitvoeringsprogramma Fiets. De realisatie van de ontbrekende fietsvoorziening is beschouwd als potentieel project.

Ontbrekende fietsvoorzieningen binnen de bebouwde kom

De positie van de fietsers op provinciale wegen binnen de bebouwde kom varieert nogal. Geïnventariseerd is of realisatie van een fietsvoorziening wenselijk is vanuit verkeersveiligheid en welk type fietsvoorziening idealiter is gewenst.

Ontbrekende fietsvoorzieningen voor aanwonenden buiten de bebouwde kom

Langs enkele provinciale wegen is vanuit regionaal belang geen vrijliggend fietspad nodig, maar ontbreekt voor direct aanwonenden een veilige voorziening. Voor doorgaande fietsers is een alternatieve route beschikbaar die onderdeel is van de Regionale Basisfietsroutes. Geïnventariseerd is of realisatie van een (kleinschalige) fietsvoorziening wenselijk is voor deze aanwonenden.

Kwaliteitseisen

De provinciale en gemeentelijke wegen die onderdeel zijn van het Regionale Basisfietsnetwerk zijn beoordeeld op basis van de provinciale kwaliteitseisen voor samenhang, directheid, aantrekkelijkheid, veiligheid en comfort. Daarnaast is gekeken naar eventuele knelpunten op die wegen met betrekking tot ongevallen en de aanwezigheid van landbouwverkeer[1]. Tot slot heeft de Fietsersbond middels een online enquête knelpunten, wensen en aandachtspunten verzameld.

Overig provinciaal fietsnetwerk

Kwaliteitseisen

En zijn nog een paar provinciale fietspaden die geen onderdeel uitmaken van het Regionale Fietsnetwerk. Deze zijn ook beoordeeld op basis van de provinciale kwaliteitseisen voor samenhang, directheid, aantrekkelijkheid, veiligheid en comfort. Daarnaast is gekeken naar eventuele knelpunten op die wegen met betrekking tot ongevallen en de aanwezigheid van landbouwverkeer.

Generieke maatregelen op het fietsnetwerk

Voorrangsregeling fietsverkeer op rotondes

In de provincie Groningen hebben fietsers op de meeste rotondes met vrijliggende fietspaden binnen de bebouwde kom geen voorrang ten opzichte van het autoverkeer. Als onderdeel van deze voorverkenning is, op basis van de ligging en de stedelijkheidsgraad van de directe omgeving, geïnventariseerd welke rotondes in aanmerking komen voor het wijzigen van de voorrangsregeling.

Alle rotondes die hiervoor in aanmerking komen zijn opgenomen in één project ‘wijzigen voorrangsregeling fietsverkeer op rotondes binnen de bebouwde kom’

Kruisingen van vrijliggende fietspaden langs provinciale wegen met zijwegen

Langs veel provinciale wegen ligt een vrijliggend fietspad. De plek waar deze fietspaden zijwegen kruisen hebben een verhoogd risico op ongevallen (vooral bij een tweerichtingsfietspad). In de voorverkenning is geïnventariseerd welke van deze kruisingen in aanmerking komen voor het wijzigen van de voorrangsregeling (van uit de voorrang naar in de voorrang) of waar maatregelen gewenst zijn uit oogpunt van verkeersveiligheid.